Trainer Éric Roy van Stade Brest heeft uitgehaald naar de UEFA. Hij vindt dat de Europese voetbalbond de grote teams bevoordeelt en geen oog heeft voor de kleinere clubs.
Sportief gaat het Brest voor de wind. Ondanks een elfde plaats in de Ligue 1 kent de club een droomdebuut in de Champions League. Na de nipte zege op PSV staat Brest op een knappe zevende plaats.
Daardoor is de kans groot dat de Fransen doorgaan in de Champions League. Zelfs directe plaatsing voor de achtste finales behoort nog tot de mogelijkheden. Brest dient dan bij de eerste acht te eindigen.
Zondag speelt het in competitieverband een thuiswedstrijd tegen Nantes. Tijdens de voorbeschouwende persconferentie sprak trainer Roy zijn ongenoegen over de UEFA uit.
“Wat er ook gebeurt, we spelen onze acht groepswedstrijden niet in eigen stadion (Brest speelt in Guingamp omdat het eigen stadion niet is goedgekeurd door de UEFA, red.), wat onze reis nog bijzonderder maakt. We beseffen dat deze competities alleen voor de grote clubs zijn en ze proberen kleine clubs zoals die van ons uit te schakelen. Het gaat de UEFA alleen maar om geld. Voor kleine clubs zoals de onze proberen ze alles om hun presteren te minimaliseren.”
‘Wat mij stoort is dat ze proberen alle mensen die van de onvoorspelbaarheid houden te elimineren, het feit dat de kleine club de grote club kan verslaan. Dat is wat voetbal tot de nummer één sport maakt, het is de sport die voor de meeste onzekerheid zorgt. In plaats van te benadrukken dat alles kan in deze sport, proberen ze dat de kop in te drukken.”