Pierre van Hooijdonk werd zondagavond gevraagd naar de aanstelling van Robin van Persie bij Feyenoord. De Rotterdammers maken volgens sommige analisten tegengestelde en verkeerde keuzes.
Om zijn mening kracht bij te zetten wees Van Hooijdonk bij Studio Voetbal naar Mark van Bommel en Ruud van Nistelrooij.
‘Eerlijk gezegd snap ik het niet’, vond Van der Vaart bij Studio Voetbal. Van der Vaart had verwacht dat Van Persie iets langer vlieguren zou opdoen in het Abe Lenstra Stadion. ‘Hij gaat naar SC Heerenveen, begint aan een seizoen en is goed bezig. Dan denk ik: maak dat seizoen af. Daarna kan je dan zeggen dat Feyenoord je droomclub is…’
Van Persie besloot anders: hij verruilt de Friezen voor zijn jeugdliefde. Van der Vaart: ‘Hij brengt daar gewoon veel rust, dus Feyenoord snap ik wél. Hij was een wereldspeler en krijgt daarom kansen. Daar moet hij van profiteren. Soms is het bijna lullig hoeveel jaloezie daarop is. Dan noemen ze Paul Simonis als voorbeeld, maar er komt bij Feyenoord ook veel druk kijken. Daar kan Van Persie geweldig mee omgaan.’
‘Het is toch opportunistisch van Feyenoord’, vindt Van Hooijdonk. ‘Als je acht maanden terug niet voor hem kiest en Brian Priske aanstelt… Laten we heel eerlijk zijn, als Simonis bij Heerenveen trainer was, had hij nooit meer aan de bak gekomen, hè. Dat is de realiteit, met de fouten die Van Persie gemaakt heeft.’
Van Hooijdonk vond aanvankelijk het stappenplan van Van Persie juist goed. ‘Het was te prijzen dat hij bij Heerenveen het vak ging leren. Alleen veel topspelers kunnen dan de verleiding niet weerstaan om in te springen op het hoogste niveau. Alleen als je ze bij PSV over Mark van Bommel en Ruud van Nistelrooij hoort praten en dan vergelijkt met Peter Bosz, dan zit er wel een gaatje.’
‘Iedereen is toch tevreden? Feyenoord, Heerenveen en hijzelf’, is Guus Hiddink positiever. ‘Feyenoord heeft door de omstandigheden een opportuun besluit moeten nemen. Robin kan ook snel leren van situaties. Zeker bij een topclub. Zijn keeper zal hij echt niet meer wisselen. Door de omstandigheden is dit een goede oplossing. En je moet jonge trainers wel de kans geven.’
