Voor Jorrit Hendrix begint het lopende seizoen feitelijk nu pas. Hendrix geeft in gesprek met de Telegraaf aan dat hij baalt van de komst van weer een extra middenvelder. Het heeft veel weg van een Deja Vu gevoel. Immers as Hendrix vorig jaar ook meteen het kind van de rekening na de komst van van Ginkel.
“Het is natuurlijk al vier jaar zo dat ik er tegenaan zit, maar dat het steeds net niet is, vaak ook omdat er iemand anders bijkomt. Het is wel duidelijk wat mijn gevoel daarbij is en dat je daarvan baalt. Verder hoef ik daar niet veel over te zeggen. Ik heb ermee te dealen en moet gewoon mijn ding blijven doen. Geduld is een schone zaak zeggen ze, maar ik denk dat geen enkele voetballer echt geduldig is. Het voetbal gaat snel en je moet het pakken als het er ligt”, zegt Hendrix.
Hendrix baalt van het lopende seizoen. “Ik begon heel goed aan het seizoen. In die periode heb ik ook mijn debuut bij het Nederlands elftal afgedwongen. Door die knieblessure kwam daar abrupt een eind aan. Ik zat er lekker in, dus die blessure kwam op een heel vervelend moment. Het is extra zuur om geblesseerd te zijn, als het niet goed gaat met de ploeg. Je ziet het team ploeteren en je kunt er zelf geen directe invloed op hebben.”
Door de terugkeer van de herstelde Andrés Guardado en de komst van Marco van Ginkel is Hendrix niet de enige middenvelder die zijn rentree maakt. Dat zorgt voor concurrentie. “Ik heb altijd vertrouwen in mezelf. Ik denk dat ik hard nodig ben. We hebben nog een hele achterstand goed te maken, dus we moeten flink aan de bak met zijn allen”, stelt Hendrix vol vertrouwen. Ondanks een achterstand van acht en vijf punten op respectievelijk Ajax en PSV blijft hij hopen op de titel. “Ons doel is om te zorgen dat Feyenoord en Ajax nog niet van ons af zijn. Ik heb daar vertrouwen in. We trainen superhard en halen een hoog niveau.”