PSV raakt Andrés Guardado vermoedelijk snel kwijt aan Real Betis. Betis is een voorbeeld van een Spaanse club waar men jarenlang stelselmatig meer geld uitgaf dan dat er binnen kwam. Het toenmalige bestuur van Betis is jaren terug al eens veroordeeld door de Spaanse justitie en fiscus.
In 2009 degradeerde Real Betis naar de Segunda División A en kon daarmee niet meer aan de betalingsverplichtingen voldoen waar PSV de nadelige gevolgen van ondervond. Begin september 2010 waren er dusdanige problemen dat de club een faillissement aanvroeg. In 2011 kon de club opnieuw promoveren naar de Primera División. Betis werd toen door een bewindvoerder geleid, maar kon wel gewoon spelers aantrekken. Toenmalig algemeen directeur Tiny Sanders was woedend over de betalingsmoraliteit van de Spanjaarden.
De Spanjaarden van Betis willen Guardado nu naar Sevilla halen en hebben met zowel PSV als het management van Guardado contact opgenomen. De Andalusiërs willen de interesse in Guardado kracht bij zetten door een bezoek aan Eindhoven te plannen. Het bestuur wat PSV destijds een hak zette is niet meer aan boord van de tweede club van Sevilla. Een definitief akkoord hangt nu in de lucht. PSV vocht tussen 2007 en 2012 jarenlang met Betis om na de verkoop van de Braziliaan Robert de Pinho de Souza (in 2007) de afgesproken transfersom van 3,5 miljoen euro te krijgen. Uitkomst was in 2012 een betalingsregeling tot 2020 met Betis. Na gedeeltelijke kwijtschelding en een betalingsregeling kreeg PSV op onregelmatige tijden geld binnen.
#PSV is door schade en schande wijs geworden en wil van Real Betis boter bij de vis voor Guardado. Kopen = direct afrekenen.
— Rik Elfrink (@RikElfrink) July 5, 2017
#PSV had in 2012 € 1,7 miljoen tegoed van Real Betis. Destijds is 850K kwijtgescholden en 850K zou in een jaar of acht afbetaald worden. https://t.co/3j4KJi4xra
— Rik Elfrink (@RikElfrink) July 5, 2017