Joshua Brenet speelt al weken uiterst geconcentreerd zijn wedstrijden zonder noemenswaardige fouten te maken. Het publiek waardeert het stabiel presteren van Brenet.
“Het is mooi meegenomen, maar daarvoor heb ik ook tegengeslagen gehad van het publiek. Ik blijf gewoon mezelf eronder. Het gaat snel in de voetbalwereld. De ene week ben je een held, de andere week ben je niks. Straks maak ik een foutje en kan het weer anders zijn. Het gaat steeds lekkerder lopen. Ik heb meer zelfvertrouwen en de trainer geeft me ook het vertrouwen, zodat ik ook aanvallend mijn ding doe”, aldus Brenet.
Na de overwinning op AZ ging Philip Cocu mee in de enigszins overdreven euforie rond Joshua Brenet. Cocu roemde de extra trainingsarbeid van Brenet. De inderdaad hardwerkende Brenet oefent regelmatig op voorzetten na de training volgens Cocu en dat betaalde dat zich nu uit met een goede voorzet van waaruit Luuk de Jong de 2-0 binnen kopte. Uit de herhaling bleek dat de voorzet op de Jong niet bepaald een loep zuivere voorzet was maar meer een voorzet door samenloop van omstandigheden. Niettemin maakt Brenet een prima periode door waarin de rechtsback gewend lijkt te zijn aan het spelen op de linkerflank. Zijn spel in en tegen Manchester was daar nog het beste bewijs van. Regelmatig begon Brenet aan een rush op de flanken.
“Ik ben buitenspeler geweest in mijn jeugd. Van mijn vijfde tot mijn zestiende. Pas in mijn laaetste jaar bij Zeeburgia, net voor ik naar PSV ging, hebben ze me omgeturnd tot rechtsback. Natuurlijk heb ik bij dit soort acties profijt van mijn verleden als aanvaller, maar het moet ook in je zitten. Santiago Arias heeft het ook en die is nooit aanvaller geweest. De trainer heeft ons op de dag van de wedstrijd op de training goed aangepakt, zodat we extra goed gemotiveerd waren. We bleven elkaar er op aanspreken, dat we niet moesten verzaken. Veel mensen zeiden vooraf, dat we moeite zouden hebben om een goed vervolg te geven aan onze Europese wedstrijd. Die mensen wilden we ongelijk geven. We hebben elkaar extra gemotiveerd, dat dit soort dingen niet meer mogen gebeuren.”
