PSV behaalde vorige week glasrijk het kampioenschap binnen. Niet in de laatste plaats door de bijdrage van Jurgen Locadia. De spits vertrok in januari naar de Premier League.
Marcel Brands en Phillip Cocu stonden afgelopen transferperiode voor een zwaar dilemma. “We moeten het er allebei over eens zijn dat we een speler verkopen”, vertelt Brands aan Voetbal International. “Zegt een van de twee nee, dan gaat het niet door. Dat was lastig, omdat ik wist dat er een gapend gat zat in de financiën. Zestien, zeventien miljoen is heel veel geld en Locadia wilde graag, repte over zijn kans in de Premier League. Dat maakte het moeilijk. Maar we hadden in Augsburg ook afgesproken dat dit een titelwaardige selectie was. Dan moet je niet op de laatste dag je spits verkopen.”
“Het was een spagaat, na wikken en wegen heb ik me bij de raad van commissarissen sterk gemaakt voor de mening van Phillip”, zegt directeur Brands. “Ik heb ze gezegd: Maak je geen zorgen, ik verkoop nog wel iemand in de loop van dit seizoen. Uiteindelijk ging Locadia in de winterstop alsnog voor een hele mooie prijs.”
Zowel Brands als Cocu had moeite met het vertrek van de spits. “Vanuit sportief oogpunt wel, maar Jürgen was geblesseerd. Volgens onze planning zou hij begin maart weer kunnen spelen. Hij zou nog acht, negen duels mee kunnen doen. Als je dan gaat rekenen en we de transfersom die Brighton bereid was te betalen meenamen, zou het gaan om twee miljoen euro per wedstrijd. Tja, dan ben je natuurlijk gauw klaar. Dat is heel veel geld. Het was een gecalculeerd risico. We hadden Gastón Pereiro en Bergwijn achter de hand en hadden Maximiliano Romero aangetrokken en een half jaar eerder gehuurd. Dat hij zo geblesseerd is geraakt, is een tegenvaller geweest.”