Erick Gutiérrez heeft zijn plekje in de basis van het elftal van Mark van Bommel inmiddels ingenomen en veroverd. De eerste maanden als reservespeler in Eindhoven waren niet altijd makkelijk, erkent hij.
“Ik heb nog zeker niet het beste van mezelf laten zien, nee”, zegt Gutiérrez in gesprek met De Telegraaf. “Natuurlijk heb ik het moeilijk gehad toen ik niet speelde. Het was heel lastig. Niemand vindt het leuk om niet te spelen. Ik moest laten zien dat ik het niveau aankon op de momenten dat ik de kans kreeg. Uiteindelijk is het gelukt, maar ik mag niet achteroverleunen.”
De 23-jarige Mexicaan speelde als nummer tien Gastón Pereiro daarna uit de basis en lijkt zijn plaats met verve te hebben ingenomen. “Ik vind het fijner om op 8 te spelen. Dan kom ik meer aan de bal. Maar Pablo en Jorrit doen het erg goed. Gaston is nu mijn belangrijkste concurrent, maar we moeten elkaar blijven helpen en geven elkaar tips.”
Gutiérrez ziet verschillen tussen het voetbal in Mexico en Nederland. “Het Mexicaanse voetbal is technischer. Iets langzamer ook, maar minder tactisch. Het voetbal in Nederland is zeker niet minder fysiek dan daar. En ja, het is sneller. En ik ben niet zo snel, haha, maar ik ben wel snel met mijn hoofd. In Mexico zeggen ze misschien dat dit niet zo’n goede competitie is, maar dan moeten ze maar eens in Nederland gaan spelen.”
“Iedereen wil aanvallen. En dan hebben we ook de titelstrijd met Ajax. Die wedstrijd daar, eind maart, dat kan best wel eens een echte finale worden”, besluit Gutiérrez.
