Wesley Sneijder heeft zich in de eerste helft van PSV – RC Lens geërgerd aan Joey Veerman.
Dankzij een rake kopbal ging PSV met een 1-0 voorsprong de rust in, maar volgens Sneijder had de marge voor de ploeg van trainer Peter Bosz groter kunnen zijn.
Theo Janssen vond dat PSV een degelijke wedstrijd speelde en zag in aanvoerder Luuk de Jong de grote uitblinker. “Het belangrijkste is dat ze een voorsprong hebben. De wedstrijd is niet goed, maar dat doet er ook niet toe. Luuk is zó belangrijk; het maakt niet uit waar hij de bal op zijn hoofd krijgt.”
“Toch was er een moment waarop ik overeind schoot en boos werd inderdaad”, erkent Sneijder vervolgens. De analyticus doelde op een moment tien minuten voor rust waarbij Joey Veerman naliet om Bakayoko alleen op de Lens-doelman Rice Samba te zetten.
Veerman leverde de bal echter in. “We weten allemaal dat dit soort wedstrijden beslist worden op details. Bakayoko was gewoon weg!” Een minuut later faalde Veerman ook om Guus Til een open kans te geven. Als we het hebben over topmiddenvelders… die bal móét er gewoon liggen.”
“Hij kan het wel, maar toch is er iets dat hem tegenhoudt. Hij mist dan denk ik gewoon een klein beetje vertrouwen. Het zijn wel cruciale momenten, want 1-0 is natuurlijk helemaal niet zeker”, aldus Sneijder.