Onder de PSV fans heerst weinig optimisme over de kansen van de ploeg in de race om de landstitel.
Een journalisten panel, door VI gevraagd om voorspellingen te doen, denkt daar juist anders over. 12 journalisten en prominenten is gevraagd een voorspelling te doen. Twee daarvan zien Feyenoord opnieuw pieken en de andere tien voorzien voor PSV en Ajax de meeste kansen op succes.
Commentator Jeroen Grueter ziet PSV de titel pakken. ‘Marco van Ginkel is er nu vanaf de voorbereiding bij geweest en hij kan de ploeg al gauw vijftien tot twintig procent beter laten spelen. Hij zorgt voor duelkracht op het middenveld, geslepenheid én scorend vermogen. Ook een niet te onderschatten winnaarsmentaliteit. Verder kan ik me niet voorstellen dat zoveel spelers ook een tweede seizoen onder hun kunnen presteren.’
Arno Vermeulen, chef voetbal van de NOS, is het met Grueter eens. ‘PSV heeft ontzettend veel goed te maken na een verloren jaar. Dus verwacht ik veel motivatie. Hirving Lozano is een speler met een dribbel die ontbrak. Maar door Marco van Ginkel, Bart Ramselaar en Jorrit Hendrix hebben de Eindhovenaren een modern Nederlands middenveld met vernuft, loopvermogen en scorende spelers. Bovendien is er veel concurrentie gekomen voor de spitspositie van Luuk de Jong. Jürgen Locadia en Sam Lammers kunnen daar spelen, maar misschien wordt dit wel het seizoen van Steven Bergwijn. Het ontbreken van Europees voetbal kan ook een voordeel zijn. In de defensie zou PSV nog wel een kwaliteitsimpuls kunnen gebruiken.’
Hans Kraay junior heeft ook alle vertrouwen in een titel voor PSV. ‘PSV wordt kampioen. Luuk de Jong gaat er 21 maken’, voorspelt Kraay. ‘In een heel slecht seizoen heeft hij niet één keer lopen terpentijnzeiken omdat hij geen goede voorzetten van de flanken kreeg. Steeds heeft hij gesteld dat het aan hem lag. PSV wordt kampioen aan de hand van Luuk de Jong.’
‘Als alles wél klopt in Eindhoven wordt het spannend tussen Ajax en PSV, zegt hoofdredacteur Ruesink. ‘Ik verwacht bij PSV veel van de jonkies en Lozano. Zij krijgen de kans zich te manifesteren. En het talent van Gastón Pereiro moet er ook eens uitkomen.’
